Sir Tim Berners-Lee, bedenker van het World Wide Web

Hoop dat het nog goed komt

Kunnen we de invloed van de sociale media nog breken?

Artikel uit het Financieel Dagblad van 22 juni 2022

Sir Tim Berners-Lee: 'Het web is stuk, ik wil het fixen'

Jasper Houtman Jan Fred van Wijnen 22 juni   11:57

Zonder Sir Tim Berners-Lee was het niet mogelijk om dit verhaal online te lezen. De 67-jarige Brit is de bedenker van het world wide web. Maar door de macht van big tech en desinformatie is het web nu 'stuk'. De onvermoeibare Berners-Lee wil het repareren.

 

In het kort

Sir Tim Berners-Lee bedacht in 1989 het world wide web.

De Amerikaanse verkiezingen en het brexitreferendum in 2016 betekenden een keerpunt voor het web, zegt hij.

Met een persoonlijke datakluis wil de Brit de datahonger van big tech en de privacygevaren het hoofd bieden, en zo het web repareren.

‘Als je denkt dat het idee voor het world wide web kwam toen ik op een berg liep en naar het geluid van vogels en ruisende beekjes luisterde, dan snap je het niet’, zegt Sir Tim Berners-Lee.

De vinding waar we dagelijks gebruik van maken is niet in een magisch moment aan zijn brein ontsproten, wil hij zeggen. Het internet bestond al. Maar toegang krijgen tot dit netwerk van computers was een ‘frustrerende’ bezigheid, vond Berners-Lee toen hij in 1989 werkte bij onderzoeksinstituut CERN in Genève.

De Britse fysicus wilde informatie makkelijker ontsluiten. Zijn oplossing: linkjes ('hypertekst'), webpagina's ('html') en een browser. Oftewel: een world wide web. ‘Een vaag idee, maar wel opwindend’, was het antwoord van zijn leidinggevende op zijn projectvoorstel. In 1990 zette Berners-Lee de eerste website online.

 

Fietstocht

Ruim dertig jaar later zit de inmiddels wereldberoemde Berners-Lee tegenover het FD op het congres The Next Web in Zaandam. Hij draagt helblauwe sneakers met dikke zolen. Het congres is een korte onderbreking van zijn jaarlijkse fietstocht met vrienden, die deze keer in Toscane is begonnen. Berners-Lee denkt snel, zijn tong kan de ideeën amper volgen, woorden buitelen over elkaar heen. Opnieuw is er frustratie bij de Brit.

Het internet is volgens zijn uitvinder geruïneerd. Bij CERN zag hij iets voor zich dat tot verbroedering zou leiden. Dat wetenschappers konden gebruiken om 'mooie dingen' te doen. Nu maken mensen elkaar kapot via sociale media. Grote techbedrijven dicteren de commerciële regels. Ze kapen persoonlijke gebruikersgegevens van miljarden mensen, verkopen die aan adverteerders, en manipuleren iedereen om verslaafd te blijven aan het web. Alsof het een symbolisch afscheid is, verkocht hij vorig jaar zijn 'broncode' voor het web als een digitaal plaatje (een zogeheten nft). De opbrengst van $5,4 mln ging naar goede doelen.

'Als we iemand terug in de tijd konden sturen om u uit te schakelen, vóórdat u het web had uitgevonden, zou de mensheid dan beter af zijn?', vragen we hem.

'Zeker niet!'

Hij is juist op een missie om het web te repareren. Het moet weer worden zoals hij het ooit had bedacht.

 

‘Het metaversum? Waren we al in 1993 mee bezig’

‘Het ging mis met de Amerikaanse presidentsverkiezingen in 2016 en met het brexitreferendum', zegt hij. 'Door desinformatie stemden mensen toen voor dingen die niet in hun belang waren.’ Gebruikers van Facebook en Twitter kregen speciaal op hen gerichte politieke advertenties en (soms valse) nieuwsberichten. Dat was bijvoorbeeld mogelijk doordat Facebook de profielen van zijn gebruikers had verkocht aan het campagnebureau van Donald Trump, die de Amerikaanse verkiezingen won.

 

Persoonlijke kluis

Om deze trend te doorbreken — om het web te 'fixen' — deed Berners-Lee een nieuwe uitvinding. In zijn toekomstvisie worden persoonlijke data nooit meer zonder toestemming verzameld door apps en websites. Het blijft veilig opgeborgen in een persoonlijke 'kluis'. Alleen de eigenaar kan toestemming geven om die data te gebruiken.

‘Nu zijn de gebruikersdata versnipperd over het web,' zegt hij. 'Dat moet veranderen. Wij willen bedrijven stimuleren om te werken in het belang van de eigenaren van die data.’ De datakluis heet Solid.

Met zijn bedrijf Inrupt maakt Berners-Lee sinds 2018 reclame voor dit idee. Hij praat met overheden, techbedrijven en programmeurs. Solid is 'open source', wat betekent dat iedereen de code mag verbeteren of gebruiken voor een eigen toepassing. 'Als het idee maar snel door iedereen wordt geaccepteerd', zegt hij. Na onder meer de BBC, de Vlaamse overheid heeft nu ook consultancybedrijf Accenture zich gemeld als klant én investeerder in het bedrijf.

 

De vraag is uiteraard wat de grote techbedrijven, die zijn gebouwd rondom gebruikersdata, hiervan zeggen. Als internetberoemdheid komt hij bij ze over de vloer. Op congressen spreekt hij de leidinggevenden. Hoe reageren ze op Solid?

‘Daar kan ik niet op ingaan’, zegt hij.

Graag geen vragen over individuele bedrijven, verduidelijkt zijn woordvoerder. In het algemeen ziet Berners-Lee wel verbeteringen, als hij grote techbedrijven spreekt. ‘Ze treden bijvoorbeeld op tegen vrouwonvriendelijkheid op hun platformen.’

 

Blij worden van sociale media

Maar het is nog lang niet genoeg: ‘Sociale media moeten zich sterker bewust zijn van hun impact. Hoe meisjes op Instagram gestimuleerd worden om perfect te willen zijn. En hoe het algoritme alle slechte berichten versterkt. De techbedrijven kunnen drastische aanpassingen doen in hun opzet, zodat mensen juist blijer worden van sociale media.’

Brusselse wetgeving dwingt techgiganten steeds actiever op te treden tegen wangedrag, zoals via de recent aangenomen wetten voor digitale markten en diensten (DMA en DSA). Dit geeft Solid wind in de rug, zegt Berners-Lee.

De Brit wil geen algemeen verzet tegen technologie ( een ‘tech backlash’) aanwakkeren. ‘Mijn kritiek is gericht tegen de manier waarop technologie voor ons werkt. Het gaat mij er om dat we als individu soevereiniteit hebben en zelf bepalen wie inzicht krijgt in onze data.’

Een open standaard is altijd het leidende principe geweest voor Berners-Lee. Net als de beschikking over eigen data. Geen bedrijf of overheid zou mogen bepalen hoe het web functioneert. Als medeoprichter en directeur van het World Wide Web Consortium (W3C) zet hij zich sinds 1994 hiervoor in. ‘Toen was 20% van de wereldbevolking online. Het was onze taak om dat ook voor de resterende 80% zo snel mogelijk voor elkaar te krijgen. En ervoor te zorgen dat ieder individu sterker zou worden door het web.’

 

‘In de open source-gemeenschap zie je nog mensen met een twinkeling in hun ogen die samenwerken’

De gemeenschap van 'open source'-programmeurs heeft zijn hart gestolen. 'Het is altijd een verrassing om in die wereld rond te hangen. Oud en jong kom je tegen. Mensen met een twinkeling in hun ogen die samenwerken en elkaar willen helpen. Daar zie ik dat we in de toekomst een web krijgen dat veel meer macht geeft aan het individu.'

'Websites met deuren'

Sinds de 'uitvinding' door Berners-Lee ontwikkelde het web zich van versie 1.0 (webpagina’s lezen) naar 2.0 (zelf tekst en video maken en delen). Nu praten ontwikkelaars wereldwijd over web 3.0, een versie waarin het uitwisselen van informatie via blockchain gebeurt. Dat zou de greep van big tech op het web aanzienlijk verminderen. Veel enthousiasme kan hij er niet voor opbrengen. ‘Het zijn meer webprotocollen. Dat kennen we wel.’

En die andere nieuwigheid in ontwikkeling: het metaversum? Volgens Meta-ceo Mark Zuckerberg, de oprichter van Facebook, klikken internetgebruikers straks niet meer op webpagina's, maar lopen ze rond in deze virtuele wereld.

Ook dit idee is allemaal oud nieuws, zegt hij: ‘Bij de eerste webconferentie in Genève bij CERN, in 1993, waren mensen al bezig met virtual reality. Er waren ideeën over websites met deuren, waar je doorheen kon lopen om anderen te bezoeken.’ Hij ziet virtual reality als een nieuw soort medium, zoals video dat ook ooit was. Belangrijker is voor hem de vraag of het metaversum een open systeem wordt, dat iedereen zelf vorm kan geven. Maar hij ziet het niet snel gebeuren: 'Er is al vaker gedacht dat virtual reality een succes zal worden. I won’t hold my breath.’

 

CV

 

1955      Geboren op 8 juni in Londen. Zijn ouders waren wiskundigen.

1976      Studie natuurkunde aan Queen's College, onderdeel van Oxford

1989      Doet bij CERN in Zwitserland voorstel voor het opzetten van een world wide web. Ook betrokken is de Belg Robert Cailliau

1990      Lanceert de eerste website en een de eerste browser

1994      Oprichting World Wide Web Consortium (W3C)

2012      Opgenomen in Internet Hall of Fame en geëerd tijdens de Olympische Spelen van Londen

2018      Begint met ceo John Bruce Inrupt dat datakluis Solid op de markt brengt