Mr. drs. Johan de Wit is onze voorganger. Hij is in Leiden en in Kampen opgeleid tot jurist en theoloog. Naar eigen zeggen heeft hij zijn theologische studie ervaren als een heel uitgebreide cursus algemene ontwikkeling.
De verbeelding waartoe de menselijke geest in staat is, blijft hem verwonderen en vanuit die verwondering spoort hij ons aan tot zelfonderzoek.
Alles begint en eindigt bij het kennen van jezelf en wat ons is overgeleverd uit de oude boeken en met name de leringen en uitspraken van Jezus helpen ons daarbij. Door het filter van de man uit Nazareth kunnen wij de wereld anders zien dan wij gewend zijn en dat is, aldus Johan de Wit, het grote geheim van religieus zijn.
De vrijzinnigheid is voor hem de enige geloofsrichting waarin het raadsel van de verhouding tussen God en mens en ons bestaan in deze wereld op een aanvaardbare en voorstelbare manier ter sprake gebracht wordt.
Het zal u niet zijn ontgaan dat de opbouw van deze dienst het spoor van de drieëenheid volgt. God de vader, de zoon en tenslotte de geest.
Als je iemand vraagt wat hij verstaat onder de heilige geest, dan breng je hem vaak in verlegenheid. Er zijn maar weinig mensen die daar een duidelijk beeld bij hebben en dat is niet verwonderlijk, want de geest is een uitermate abstract begrip dat zich bijna niet laat beschrijven of verwoorden. Wel is het zo dat we vaak de uitingen van de geest herkennen. Om het bijbels te zeggen: aan de vruchten kent men de boom.
Dat hoef je niet uit te leggen aan degenen die zich bij een pinksterbeweging hebben aangesloten. Daar vind je een bonte verscheidenheid aan groepen die zoeken naar het vuur en de bevlogenheid van het begin van het christendom. Daar gaat het om de veelheid aan gaven die de geest uitdeelt. Aan de een wordt, zo schreef Paulus (I Kor. 12) het verkondigen van wijsheid geschonken, aan de ander het overdragen van kennis. De een ontvangt van de geest een groot geloof, de ander de gave om te genezen. Weer anderen kunnen profeteren, wonderen verrichten en in klanktaal spreken.
In de gevestigde kerken schudden velen het wijze hoofd omdat ze wat in pinksterkringen gebeurt niet erg doordacht vinden, maar het valt niet te ontkennen: geen christelijke beweging in onze tijd werkt zo aanstekelijk als de pinksterbeweging. De beweging lijkt tegen de gevestigde kerken te zeggen: je hebt het wel over de heilige geest, maar doe je er ook wat mee? En die vraag is op zich niet zo onjuist, want het wilde, enthousiaste geloof van de eerste dagen is in de loop der eeuwen wel wat verbleekt. Ik denk daarom dat het geen vruchtbare onderneming is om in de kerkgeschiedenis op zoek te gaan naar de manifestaties van de heilige geest. Juist omdat die geest waait waarheen hij wil, laat hij zich moeilijk begrenzen door de traditie en de formele uitgangspunten van het christelijk geloof.
Iedereen zal zich de speech van Martin Luther King uit 1963 herinneren. Voor een gehoor van 200.000 mensen sprak hij de onvergetelijke woorden: "I have a dream." "Ik heb een droom dat op een dag dit land zal opstaan en de ware betekenis zal vinden van haar credo dat alle mensen gelijk geschapen zijn. Ik heb een droom dat mijn kinderen op een dag zullen leven in een land waar zij niet beoordeeld worden op hun huidskleur. maar op de inhoud van hun karakter. "
En velen herinneren zich ongetwijfeld de rede van Nelson Mandela bij zijn inauguratie als eerste gekleurde president van Zuid-Afrika. In die rede zegt hij: "jezelf klein voordoen dient de wereld niet. Er is niets verlichtends aan om te krimpen opdat andere mensen zich niet onzeker zullen voelen in je buurt. Als je je eigen licht laat schijnen, geef je anderen onbewust toestemming om hetzelfde te doen. Wanneer we bevrijd zijn van angst, bevrijdt onze aanwezigheid automatisch anderen".
Het zijn beroemde woorden, vaak geciteerd en aangehaald. En natuurlijk niet voor niets, want het waren woorden die mensen raakten en dat nog steeds blijven doen. Martin Luther King, Nelson Mandela en nog vele anderen hebben op een moment in hun leven de geest gekregen en lieten zich inspireren tot het uitspreken van wat door mensen in het diepst van hun ziel werd herkend. Ik heb er geen enkele moeite mee om daarin de werking van de heilige geest te zien.
De drievuldigheid van God in het christendom, de vader, de zoon en de heilige geest, heeft bij niet-christenen vaak de vraag doen rijzen of wij niet drie goden aanbidden in plaats van één. Zij vinden het moeilijk om dat te begrijpen en inderdaad, als je geen gevoel hebt voor het ongerijmde dat vaak in het goddelijke schuilgaat, is het ook niet zo eenvoudig om die drievuldigheid in je voorstellingsvermogen te plaatsen en dan vooral de heilige geest een plaats te geven waar je "wat mee kunt."
Ik kan natuurlijk via bijbeluitleg een redenering opbouwen waarin die geest zijn plaats krijgt. Maar dan nog blijft de geest en de heiligheid daarvan problematisch, want ik wil weten of en hoe die geest aanwezig is in ons eigen bestaan. En daarom: als ik de drievuldigheid, de triniteitsgedachte, beschouw vanuit een psychologisch en filosofisch perspectief, dan kom je tot een beeld dat zich laat voorstellen, dat je je eigen kunt maken.
Je kunt de werelden van de vader, de zoon en de heilige geest zien als fasen in de ontwikkeling van de mensheid. Eerst is er God, een oudtestamentische god die zijn volk geboden geeft, naijverig is en zijn uitverkoren volk voorhoudt dat zij moeten leven naar zijn wetten en geboden. Het is geestelijk gezien een statische wereld waarin niet veel ruimte is voor dynamische ontwikkelingen of vernieuwende inzichten.
Dan verschijnt Jezus ten tonele. Hij is de belichaming van andere inzichten die haaks staan op de wetten en geboden van zijn tijd. Hij predikt het bestaan van de mens als drager van een nieuw bewustzijn, ontstaan door de onmogelijkheid om te leven naar die wetten en geboden van de God die hij, Jezus, zijn vader noemt. Het rijk van de vader kan door de mens niet meer met succes betreden worden via de aanwijzingen van die vader en Jezus, de mensenzoon, de zoon van die vader, leert mensen dat zij zich van die aanwijzingen los moeten maken en de bron van wijsheid en liefde in henzelf moeten aanboren. Deze fase van de zoon heeft alles van een conflictsituatie. Het nieuwe botst met het oude en de geschiedenis van de zoon, uitlopend op zijn kruisiging, laat daarover ook niets aan duidelijkheid te wensen over.
Wie kennis neemt van de psychologische en filosofische elementen die in vrijwel alle mythologieën een rol spelen, kan het niet ontgaan dat nieuwe ontwikkelingen altijd voortvloeien uit conflicten. Uit de tegenstellingen tussen het bestaande en het verzet daartegen komt een nieuwe, betere en heilzamere situatie tevoorschijn.
Als je het zo ziet, dan leven we nu in de tijd van de geest. De geest is dan de resultante van het conflict dat gewoed heeft tussen de oude religie van de vader en de nieuwe religie van de zoon. En dat dat in drie fasen gebeurt, vader, zoon en heilige geest, is geen willekeurige greep of gedachte.
Het getal drie speelt een grote rol in ons begrip. Op de lagere school hield de meester mij voor dat een opstel een begin, een midden en een eind moet hebben. Het getal drie staat voor vrijwel ieder creatief proces. Uit twee tegengestelde bewegingen ontstaat een derde beweging, het product dat de tegenstellingen in zich draagt, maar ook met elkaar verenigt en zodoende een nieuw voortbrengsel is. Iedere gebeurtenis heeft een begin, een midden en een eind.
Het is verleidelijk om met tal van voorbeelden de werking van het getal drie te duiden en aan te wijzen als een factor die ons leven stuurt en bepaalt.
Maar aan die verleiding wil ik nu niet toegeven. Wat mij in dit concept van het bestaande, de tegenkracht daarvan en het nieuwe dat daaruit ontstaat, als wezenlijk en invoelbaar voor ogen staat, is dat wij nu leven in het tijdperk van de geest en wij de dragers van die geest zijn.
ik sprak erover dat de geest zich moeilijk laat beschrijven. Maar de kenmerken van die geest zijn wel te duiden als grenzeloos, gericht op het verenigen van mensen in de strijd voor vrede en gerechtigheid en het vrijmaken van de mensen van zichzelf en hun onderdrukkers. In het rijk van de geest is alle ordening gericht op zoveel mogelijk welzijn voor zoveel mogelijk mensen. En wij mensen, dragers van die geest die op deze doelen is gericht, worden daarvoor verantwoordelijk gesteld.
Die verantwoordelijkheid gaat onze krachten vaak te boven. We zien de bewijzen daarvan in bijna oneindige verscheidenheid dagelijks om ons heen. Maar er zijn ook tekenen dat dit proces van druk en tegendruk bezig is om een beter en menswaardiger leven te creëren.
Wij vinden het vanzelfsprekend dat tussen volkeren verdragen zijn gesloten om de mensenrechten te beschermen, maar zo vanzelfsprekend is dat niet. Die verdragen zijn nog niet zo oud en ze zijn tot stand gekomen in weerwil van het volkenrechtelijk beginsel dat iedere staat soeverein is en niet kan worden gedwongen om die verdragen te ondertekenen. Toch is dat gebeurd en dat geeft hoop.
Wereldwijd zijn hulpprogramma's in het leven geroepen, tal van organisaties zijn in de weer om het lot van mensen te verbeteren, ziekte en armoede te bestrijden. Er gebeuren veel, heel veel goede dingen in dienst van de geest waarvan wij de dragers zijn.
In de kranten en in de andere media hoor en lees je er niet zoveel van, want goed nieuws is geen nieuws. De media geven bij voorkeur weer wat niet goed gaat, waar onrecht is en uitbuiting. Daar wordt ons beeld van de wereld voor een belangrijk deel door bepaald.
Maar dat wij alleen het slechte nieuws horen en zien, kun je ook positief bekijken. De berichten gaan vooral over wat verkeerd is, maar dat wil alleen maar zeggen dat het slechte kennelijk een afwijking is van het normale en wij het goede als normaal willen zien. Als het andersom was, als het slechte in onze ogen normaal was, dan zou het niet de moeite waard zijn om het afwijkende verkeerde in het nieuws te brengen.
Laten we dus niet ophouden met het waarmaken van de droom. De droom voor gerechtigheid en vrede en vrijheid voor de mensheid die de geest ons influistert. De gang van de geschiedenis wijst erop dat die oude droom het kan houden. En erin blijven geloven, dat is de eerste stap naar verwerkelijking.
Het koor zingt straks Veni Creator Spiritus. Kom schepper, heilige geest. Laten we er ontspannen naar luisteren in de wetenschap dat die geest al bij ons is.